Waarom de Bijbelse feesten vieren ?
Gods reddingsplan
De Bijbelse feesten zijn geen rituelen maar hebben een profetische betekenis. Elk feest belicht gedurende de loop van het kalenderjaar telkens een ander aspect van Gods Reddingsplan met de wereld. Daarnaast leveren deze feesten het bewijs dat Jezus daadwerkelijk de beloofde Joodse Messias was waarop iedereen hoopte. De feesten zijn niet alleen voor oudtestamentisch Israël bedoeld, maar ook voor christenen. Jezus heeft de voorjaarsfeesten precies op de daarvoor vastgestelde Bijbelse kalenderdagen vervuld en bij zijn wederkomst zal hij de najaarsfeesten op het daarvoor bestemde tijdstip vervullen.
De moadiem of Bijbelse feesten als repetities
Het Hebreeuwse woord voor feest is 'mo-ed' en dit betekent dan 'vastgestelde tijd of afspraak'. De feesten moeten 'heilige samenkomsten' zijn, in het Hebreeuws 'Mikra Kodesj' wat 'heilige repetitie' betekent. Wat aangeeft dat de feesten heilige draaiboeken zijn van specifieke toekomstige gebeurtenissen.
Het feit dat ze afspraken zijn laat zien het belangrijke relatie momenten zijn met Onze Vader.
Jezus en Paulus vieren de Bijbelse feesten
Jezus zelf vierde de feesten nauwgezet. Jezus is onze na te volgen Weg. Paulus vierde de feesten en instrueerde de gelovigen in Korinthe om de feesten voortdurend te gedenken vanuit hun nieuwtestamentische betekenis: "Uw roem is niet goed. Weet gij niet, dat een weinig zuurdesem het gehele deeg zuur maakt? Zuivert dan den ouden zuurdesem [hametz] uit, opdat gij een nieuw deeg zijn moogt, gelijk gij ongezuurd zijt. Want ook ons Pascha [Pesach-lam] is voor ons geslacht, namelijk Christus. Zo dan laat ons feest [Seder] houden, niet in den ouden zuurdesem [hametz], noch in den zuurdesem [hametz] der kwaadheid en der boosheid, maar in de ongezuurde broden [matzes] der oprechtheid en der waarheid" (1 Korintiërs 5:6-8). Het feest moet worden gevoerd in oprechtheid en waarheid. Het gaat dus niet om het klakkeloos kopieren van Joodse rituelen, maar het vieren verwijst dus naar een concrete discipelschapswandel. Het vieren is een hulpmiddel om de gelovige te wijzen op Gods Reddingsplan en de volgorde daarvan.
Alle volken zullen de feesten vieren
Zacharia voorzegde reeds dat in het Duizendjarig Vrederijk het dan vervulde Loofhuttenfeest door álle volken gevierd zal worden. De volken zullen ieder jaar opgaan om het Loofhuttenfeest te vieren: "Het zal geschieden dat al de overgeblevenen van alle heidenvolken die tegen Jeruzalem zijn opgerukt, van jaar tot jaar zullen opgaan om zich neer te buigen voor de Koning, de HEERE van de legermachten, en om het Loofhuttenfeest te vieren" (Zacharia 14:16).
Niet-Joodse gelovigen vieren de Bijbelse feesten
De niet-Joodse gelovigen vierende de Bijbelse feesten in de eerste eeuwen. Paulus schrijft over deze feesten naar de gemeenten buiten Israël en Lucas verwijst ernaar in het boek Handelingen. Bij bestudering van de vroege kerkgeschiedenis blijkt dat er geen breuk is met de feestkalender zoals deze voor Christus werd gevierd. Algemeen wordt aangenomen dat Joden en gelovigen uit de heidenen tot het eind van de eerste eeuw en mogelijk langer, beiden de Bijbelse feesten vierden. Vanaf het begin van de tweede eeuw werden de feesten steeds meer als 'Joods' gezien en na verloop van tijd werden de feesten beschouwd als onchristelijk, dit onder invloed van anti-Judaïsme wat de Kerk in was geslopen. Op den duur werden de feesten verboden.
Misverstand over de Bijbelse feesten
Door een onjuiste vertaling van wat Paulus zegt in Kolossenzen 2:16-17, zijn er misverstanden ontstaan over de Bijbelse feesten:Dat u dan niemand oordele in spijs of in drank, of in het stuk des feest dags, of der nieuwe maan, of der sabbatten; Welke zijn een schaduw der toekomende dingen, maar het lichaam is van Christus. (Statenvertaling)In de NBG-vertaling is echter het woordje 'slechts' toegevoegd: "... die slechts een schaduw zijn van ...". Dit woord staat niet in de grondtekst. Paulus laat zich dus niet badinerend uit over de schaduwen, maar hij stelt hier juist dat alle feesten verwijzen naar Jezus Christus. Deze is het origineel van elk van de schaduwen. Paulus houdt de mensen hier niet voor dat men zich niet al te druk hoefde te maken over zaken als feesten en sabbat, want dit zijn toch slechts schaduwen van Christus. Wat is de context van de brief?
- Paulus schrijft aan heidenen in Kolosse die tot geloof gekomen waren;
- Paulus had opgeroepen dat ze zich moesten onthouden van afgoderij en heidense feesten, braspartijen en eetgewoonten;
- Deze gelovigen gingen de Bijbelse feesten vieren (op de Nieuwe Verbondswijze) en stadsgenoten vonden ze maar een stelletje rare snuiters;
- Deze gelovigen kregen het verwijt dat ze niet meer op 'hun eigen feesten' kwamen en zich steeds meer als Joden gingen gedragen;
- Ze wilden zich houden aan Gods voorschriften, gelijk Jezus, en ze beseften dat ze waren geënt op de Edele Olijfboom (Romeinen 11);
- Paulus riep op zich niet opnieuw in te laten met wereldgeesten en door hen geïnspireerde leringen van mensen, engelenverering en kastijding van het lichaam (ascese);
- Paulus houdt ze voor dat de wereldse manier van denken geen macht meer over hen heeft en dat ze zich niet nog allerlei regels moeten laten opleggen;
- Paulus waarschuwt ze dus voor het tegenovergestelde.
Keizer Constantijn (280 - 337) heeft deze
heidense feesten, waar Paulus zich dus met hand en tand tegen verzette,
vermengd met de Bijbelse feesten. Uiteindelijk bleef er niet veel meer over van
Gods feesten.
De Bijbelse feesten zijn ook voor christenen
De eerste gemeenten bleven gewoon de Bijbelse feesten in hun nieuwtestamentische vervulling doorvieren. Later is er een breuk ontstaan en vele generaties christenen zijn opgegroeid zonder de diepe betekenis te kennen en te doorleven van Gods plan welke zichtbaar worden in deze feesten en door ze te vieren. Heden ten dage worden echter steeds meer christenen wakker geschud. Steeds meer christenen verlangen ernaar deze feesten te vieren en zij geven daar ook uitdrukking aan. De Bijbelse feesten zijn "altoosdurende inzettingen" tot zelfs na de Wederkomst van Christus.
Zeven Bijbelse feesten
Er zijn zeven Bijbelse feesten die deel uitmaken
van de cyclus van Gods plan, gegroepeerd rondom de oogstseizoenen van de
verschillende gewassen. Zeven is het jodendom het getal van de volheid. De
feesten zijn onderverdeeld in 3 groepen:
- Pesach
- Ongezuurde broden
- Eerstelingenfeest - Bikkoeriem
- Bazuinenfeest - Jom Teroea
- Grote Verzoendag - Jom Kipoer
- Loofhuttenfeest - Soekot
In dit patroon komt de Menora, de 7-voudige kandelaar tot uitdrukking, welke aan één stuk gedreven is en bestaat uit een middenarm en aan weerszijden 3 aparte armen. Mozes kreeg van God de opdracht om de kandelaar op deze manier vorm te geven (Exodus 25:31 vv). God gaf daarvoor precieze instructies, en dat is niet toevallig. De feesten zijn in lijn met de 7-armige kandelaar. Elk van deze feesten stelt een van Gods heildaden centraal, of tijdens de eerste komst of tijdens de wederkomst van Christus. De 4 voorjaarsfeesten vallen in de tijd van de late regen, de 3 najaarsfeesten in de periode van de vroege regen en de periode daartussen kenmerkt zich door een lange hete zomer, zonder regen. Dit alles heeft een profetische betekenis. We leven thans aan het einde van de droge periode. De najaarsfeesten zullen aanstonds hun vervulling krijgen.